Het wordt me veel gevraagd.
Jaren geleden, in 2002, was ik op reis door Australië. Net mijn studie bedrijfseconomie in Groningen afgerond en verder had ik niets. geen huis, geen lief, geen werk, ik was vlindervrij.
Al daarvoor wilde ik dolgraag Down Under, maar dat vonden mijn ouders niet zo'n goed idee. Eerst de studie af. En zo geschiedde - braaf als ik was met Master of Science in Bedrijfseconomie op zak, in het vliegtuig.
Op dat moment was ik alleen nog niet zo vlindervrij als dat ik in mijn gedachten was.
Ik ging namelijk met een organisatie op reis. Met deze organisatie vlogen we gezamenlijk naar Australië, waren we eerst twee dagen in Sydney, en was een hotel en een hostel voor na de eerste nacht geregeld. Gezamenlijk regelden we het taxfile number om te kunnen werken en we waren met een groep.
Dit had ik heel bewust gedaan, want enige zelfkennis had ik dan weer wel.
Als ik moe ben, dan wil ik maar 1 ding - thuis in mijn eigen bed zijn. Je kunt je voorstellen dat je na een reis van 24u plus wel wat vermoeid bent. Om te voorkomen dat ik linea recta weer op het vliegtuig zou stappen richting mijn eigen warme bedje, had ik me dus ingeschreven via zo'n organisatie. Puur om ervoor te zorgen dat mijn Down Under ervaring langer zou duren dan een uur of 10.
Anyway - Down Under heeft me veel gebracht. Gehuild, gelachen, gefeest, bang geweest, eenzaamheid, verlangd naar iets wat later "Thuis" bleek te zijn. Dat thuis was niet mijn huis. Dat thuis heb ik gevonden in Mission Beach - Sanctuary Retreat. Samen met (nu) mijn man zijn we daar geweest.
Midden in het regenwoud, niet te bereiken met je eigen auto. Je parkeert, drukt op de bel die op een stok is bevestigd, en je wordt gehaald met een 4WD. Na veel gehobbel door het regenwoud, verschijnt een sereen gebied, met 1 "moederhuis" en allerlei kleine hutjes op palen, gebouwd op de helling in het regenwoud.
Een pad naar beneden leidt via het regenwoud naar een adembenemend mooi strand. Uit het boekje.
Wij sliepen in één van die hutjes. Nou ja, slapen... ik heb geen oog dichtgedaan die nacht. Die hutjes bestonden namelijk uit een vierkante houten vloer, 4 palen met horgaas er omheen en een dakje. Met onder de vloer dus een schuine helling. Geloof je me als ik je vertel dat er 's nachts veel leven in het regenwoud is? Ik wil niet weten wat voor beestjes er de hele nacht onder me hebben rondgescharreld, maar dat het me wakker heeft gehouden - ja. Het was wat "onrustig" onder me.
En ondanks dat heb ik daar mijn thuis gevonden.
Mijn thuis is namelijk plaats en tijd onafhankelijk. Mijn thuis is in mijn hart. Zolang ik maar heel dicht bij mezelf blijf, ben ik thuis. In mijn eigen Sanctuary, en dat moet ik blijven koesteren, verzorgen, schoonhouden en voeden.
Soms ben ik even weg van thuis. Maak ik even een detour, ben ik er even niet. Ben ik even verdwaald en moet ik zoeken naar de weg terug. Maar thuis brandt altijd een lichtje, zodat ik uiteindelijk de weg weer vind naar mijn eigen Sanctuary.
Mijn voornemen is om niet meer weg te gaan en thuis te blijven. En mijn thuis met me mee te nemen als ik op reis ga.
En om me er aan te blijven herinneren en het met anderen te delen heb ik voor deze naam gekozen -
Sanctuary Soest